Je raakt niet uitgekeken op Caryota, een palm die eruit ziet als een struik, met bijzondere afgeknotte bladeren.
Kleuren en vormen
Wat meteen opvalt aan Caryota is het geveerde, driehoekige groene blad dat een beetje op een vissenstaart lijkt. Het levert de plant de bijnaam vissenstaartpalm op. De bijzondere bladeren geven de plant een heel karakteristiek uiterlijk. Deze sierlijke palm groeit meestal niet uit één stam, maar uit meerdere kleinere, wat hem een mooi, vol uiterlijk geeft. Elk stammetje bloeit slechts eenmaal, aan het einde van zijn leven. Er zitten dan al veel nieuwe scheuten aan de plant, zodat deze nooit kaal wordt. Als woonplant kan Caryota zo'n 100-160 cm worden.
Herkomst
Caryota hoort bij de palmenfamilie (Arecaceae) en groeit in Azië, noordelijk Australië en op de eilanden in de Stille Oceaan. Daar wordt de plant tot acht meter hoog, met enorme bladeren van wel drie meter lang. Die bladeren leveren schitterende silhouetten op, ze zien er dan uit als grote varens, hoog in de lucht.
Symboliek
In Indonesië staat Caryota bekend als 'handreiking van de goden'. De grote, afhangende bladeren zouden een 'handje uit de hemel' zijn.
Verzorging Caryota
Caryota staat liever niet in de volle zon en heeft het liefst gefilterd licht.
De palm heeft graag een licht vochtige kluit, maar kan niet tegen natte voeten.
Eens per maand plantenvoeding geven volstaat.
Af en toe een rondje van de plantenspuit vindt Caryota heerlijk.